1. De Waterval: Dirk.

dikr

De onophoudelijke regen had Dirk de hele nacht uit zijn slaap gehouden. Hij keek naar zijn akkers, die door de opkomende zon werden verlicht. Zijn erf stond onder water.
Hij trok zijn klompen aan en stapte bij het naar buiten gaan al in een diepe plas. Hij klotste langs de hooischuur, een schuine blik naar binnen werpend. Het hooi was droog, gelukkig.
De tractor liet hij in de schuur staan, te bang dat deze in de modder zou zakken.  Met een schop in de hand klotste hij terug naar zijn achterdeur en begon diepe geulen te graven in de richting van de rivier achter de boerderij. Maar hij zag dat het water al tot aan de oever gestegen was. Nadenkend wreef hij over zijn stoppelbaard.
Nadat hij de sluis open gezet had zodat het water naar de overstort wegliep, daalde het water. Dirk haalde opgelucht adem toen na een uur zijn erf verlost was van het regenwater.
Tot zijn verbazing zag hij dat de geulen die hij gegraven had weer vol liepen. Waar kwam dat water vandaan? Met de schop leidde hij het water in de richting van de rivier. De golven knabbelden aan de rand. Hij hoorde een tik tegen zijn schop. Daar, in het water glinsterde iets. De schop stak hij in de geul zodat het als een blokkade werkte. Er stak een goudkleurig handvat uit de modder.
Hij herinnerde zich het verhaal dat zijn vrouw Rika gisteren bij het avondeten had verteld. Dat vroeger, op de grond waar nu hun boerderij stond, het moeras mannen het water in lokte, de dag vóór volle maan. Dirk had haar uitgelachen. Hij geloofde niet in Fabeltjes!
Hij stak zijn hand uit voordat het handvat onder het water verdween. Zijn dikke vingers sloten zich eromheen. Het handvat bewoog niet, hoe hard hij ook trok. De schop die hij als steun gebruikte, brak toen hij nog een keer trok. Het water golfde over zijn klompen de geul in. Dirk verloor zijn evenwicht en viel in het water.
Hij kon er met zijn verstand niet bij, dat hij verdween onder water.  Luchtbellen uit zijn mond stegen naar de oppervlakte. Het goudkleurige handvat had hij nog steeds vast. Zijn ene klomp dreef boven hem. Toen hij zag dat iemand die uit het water viste, stak hij zijn hand uit maar kon het oppervlak niet bereiken. Het gezicht van Rika doemde boven hem op toen ze in de geul keek. ‘Rika, ik ben hier!’ riep Dirk, maar er kwamen alleen luchtbellen uit zijn mond.
Er werd zand in het water gegooid. Rika gooide de geul dicht. Zijn vingers klauwden in de modder, maar ze gleden weg. Steeds meer scheppen zand volgden. Hij voelde dat het gewicht hem verder naar beneden drukte. Wat hij ook probeerde, hij kon niet naar de oppervlakte komen.
Toen zijn longen pijn deden van het zuurstofgebrek en het zand het laatste beetje licht blokkeerde, besefte hij dat de maan vannacht vol zou zijn. De waterval had hem te pakken.

geschreven: 5 mei 2015

© 2015 Ursula Visser

2 gedachtes over “1. De Waterval: Dirk.

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.